©Wikimedia

©Wikimedia

In heel Vlaanderen zijn vrijwilligers op zoek naar nesten van de Aziatische hoornaar, die schadelijk is voor onze biodiversiteit. Dat de acties om de nesten te vernietigen heel versnipperd gebeuren, is een groot nadeel.

Sinds 2016 staat de Aziatische hoornaar op de Europese lijst van invasieve exoten. Dat zijn uitheemse soorten die zich hier gevestigd hebben en een bedreiging vormen voor onze inheemse soorten. Komt een exoot op die lijst en gaat het om een dier, dan de lidstaten verplicht om zijn nesten te vernietigen.

Een nest Aziatische hoornaars eet per seizoen gemiddeld 100.000 insecten: vliegen, sprinkhanen en honingbijen. Om die reden zijn de Aziatische indringers een groot probleem voor onze biodiversiteit. Omdat de beestjes hier nauwelijks natuurlijke vijanden en concurrenten hebben, kunnen ze ongestoord hun gang gaan.

Voor de mens vormt de Aziatische hoornaar geen rechtstreeks gevaar. Hij is niet agressiever dan andere wespen. ‘Als ze hun nest verdedigen, worden ze wel agressief. Maar dat is bij elke wesp zo’, vertelt expert Dominique Soete in De Morgen.

Vallen met geurstof

Sinds enkele jaren gaat men ook in Vlaanderen op zoek naar nesten, om die vervolgens te verwijderen. In 2021 werden er 186 gevonden, vorig jaar 1250. De enorme toename wijst op de spectaculaire groei van de populatie.

Op heel wat plaatsen worden initiatieven genomen om de verdere verspreiding in te dijken. Zo gaf de provincie Limburg vorige maand 15.000 euro subsidie aan de Limburgse Imkersbond. In West-Vlaanderen gaan Zwevegem, Ieper en Kortrijk aan de slag met vallen die de hoornaars met geurstoffen lokken.

De vallen zijn gericht op de koninginnen, die eind april uit hun winterslaap zijn gekomen. Zij vliegen nu rond, op zoek naar een plekje om hun nest te bouwen. Elke koningin die je kunt vangen, betekent dus meteen een nest minder.

Minuscuul zendertje

Is de koningin al aan een nest begonnen, dan moeten de speurders hun aandacht verschuiven naar de werksters. Die trekken ze aan met een wiekpot. Werksters die daarop afkomen, krijgen tegenwoordig een minuscuul zendertje mee. Op die manier kunnen de diertjes de vrijwilligers naar hun nest leiden.

Hoeveel nesten de vrijwilligers zullen vinden en verdelgen, is moeilijk te voorspellen. Tot hiertoe zijn er al wel zo’n 1000 koninginnen gevangen. Op basis van dat cijfer is de prognose dat misschien wel 10.000 nesten getraceerd kunnen worden.

Geen coördinatie

Er wordt behoorlijk wat actie ondernomen, maar wat opvalt: het gaat steeds om initiatieven van plaatselijke en provinciale besturen. De voorbije twee jaar werd de bestrijding geleid door het Vlaams Bijeninstituut (VBI). Het kreeg daarvoor middelen van de Vlaamse ministers van Landbouw en Omgeving.

De samenwerking tussen de Vlaamse overheid en het VBI is dit jaar om onduidelijke redenen stopgezet. Daardoor is er nu een totaal gebrek aan coördinatie. Dat is zonder twijfel een nadeel in de strijd tegen deze invasieve exoot.